De Bloedpoort deel 4

Goedkoop bouwen

Het lijkt wat wonderlijk dat overal in het oude dorp verpauperde buurtjes en wijkjes werden platgewalst terwijl de huisjes van de ‘Bloedpoort’ tot aan de jaren dertig van de 20ste eeuw overeind bleven. Het heeft kennelijk te maken gehad met het ontbreken van enigerlei aansluiting van het buurtje op de sloopplannen van de overige delen van het dorp. Later meer hierover. Uit bewonerslijsten van elkaar opvolgende jaargangen wordt duidelijk dat het aantal bewoners van het eerdergenoemde achterbuurtje voortdurend toenam. En de braakliggende perceeltjes achter de diverse panden van de Keizerstraat boden kennelijk nog steeds ruimte voor de komst van nóg meer woninkjes. Schamel wonen Men kan zich de woonomstandigheden van de 19de eeuw zelfs met veel verbeeldingskracht slechts ternauwernood voorstellen. En los nog van het feit dat de staat van de woninkjes naar hedendaagse maatstaven gemeten onaanvaardbaar was waar het ging om bouw en grootte, bleek de ruimte tussen tegenover elkaar liggende woninkjes evenmin acceptabel. In een deel van de ‘Bloedpoort’ was de straatbreedte tussen dergelijke huisjes nauwelijks een meter. Dus wanneer iemand met een flinke stap zijn huisje verliet knalde hij vrijwel tegen de achtermuur van het overliggende woonpandje dat in dit geval tot een naastgelegen hofje van de Keizerstraat behoorde. Frisse lucht, zon en wind: vergeet het maar. Dit alles was slechts toebedeeld aan welgestelde badgasten die regelmatig Scheveningen met zijn zee en strand bezochten. Toch was een woningbouw als deze voor de toenmalige bevolking van het kustdorp min of meer standaard. En niemand zal iets anders hebben verwacht dan datgene wat men hem of haar in die jaren aan woonruimte bood. Iedereen gelijk De oorspronkelijke bewoners van de ‘Bloedpoort’ waren leden van vissers- en arbeidersgezinnen zoals deze het kustdorp van oudsher al bevolkten. De inkomens van de gezinshoofden waren laag, hun gezinsgrootten daarentegen hoog. Dit impliceerde dat met het schaars verdiende geld veel monden en mondjes dienden te worden gevuld. Voeg daaraan toe dat de eigenaren van die monden en mondjes moesten worden gekleed. Het laat zich daarna raden dat woonlasten een sluitpost vormden welke steeds in laagte moest worden aangepast. Dus was een lage huur een uitgangspunt; wat men daarvoor kreeg aangeboden werd vers twee. Omdat echter voor elk vissersgezin hetzelfde gold – een karig inkomen – was er naar het scheen van een bepaalde armoe (die er echt wél was!) geen sprake. Immers, wanneer men om zich heen een zelfde leefpatroon ziet, een patroon dat is gebaseerd op een gelijk inkomen, dan vormt alles wat men ziet, en om zich heen ziet gebeuren, de standaard van het reguliere volksleven. Vooral goedkoop De lage bouwkosten waren voor meer kapitaalkrachtige dorpelingen die op de braakliggende perceeltjes huurwoninkjes voor de vissers- en arbeidersgezinnen lieten bouwen een uitgangspunt. Want dat kon gewoon plaatsvinden. Zoals gezegd mocht men destijds áchter de woonpanden die aan de rooilijn lagen naar eigen inzicht vrijelijk bouwen of laten bouwen. Niemand van welke overheid dan ook kwam kijken naar wat men neerzette of hoe men het liet neerzetten. Op deze wijze is in Scheveningen de wirwar van hofjes en steegjes met inferieure huisjes ontstaan die het kustdorp tot aan het begin van de 20ste eeuw zo zou kenmerken. En van die hofjes was de ‘Bloedpoort’ er dus een. Drogerijen Het is interessant, te weten waar al die braakliggende stukjes grond vandaan kwamen. Dat is vooral te verklaren uit de voortschrijdende ontwikkeling van de zeevisserij hier ter plaatse. Tot aan het midden van de 19de eeuw was de visserij van Scheveningen vooral gericht op de vangst van platvis die hier op de droogvelden en -veldjes werd geprepareerd en vervolgens verkocht. Toen na het midden van die eeuw de haringvisserij voor Scheveningen van steeds groter belang werd en zijn vloot zich bijna geheel op deze visserij ging richten, verliep de aanvoer van verse platvis, zoals schol en schar, meer en meer. De aanvoer van verse vis zou uiteindelijk goeddeels naar IJmuiden opschuiven. Als gevolg van die verlopende aanvoer van platvis werden de voorhanden zijnde droogvelden en -veldjes steeds meer nutteloos. De zandgrond bood daarentegen voldoende stevigte om daarop te kunnen bouwen. En dat gebeurde dan ook in ruime mate en daarbij vooral goedkoop, want als geldbelegging!
© Piet Spaans 2014 historisch publicist en auteur Den Haag Holland http://nl.wikipedia.org/wiki/Piet_Spaans
<< Vorige Volgende >>
...home Geplaatst op 09-06-2014 en 1742 keer gelezen Like dit 920 Liked