Het verhaal van een toekomstig zeeman. deel 4

Ik nam het velletje papier in ontvangst en ging op weg naar de stores. De man achter de toonbank was een ouder persoon en ik zag dat hij geen vingers aan zijn linker hand had, alleen maar wat stompjes. Hij hield een lijst vast tussen de twee stompjes. Ik gaf hen mijn velletje papier en zei hem.. Ik heb een bed nodig. Ik verwachtte dat hij in lachen uit zou barsten en tegen mij zou zeggen.....Je wordt in de maling genomen, In plaats hiervan, liep hij naar de achterkant van de winkel en bleef een ogenblik weg en daarna kwam hij terug met een matras, een deken en een kussen. Hij rolde het geheel zorgvuldig op en maakte er een bundel en werd met wat touwwerk samen gebonden. Ik zei hem dat ik dacht dat het schip wel voor een bed zou zorgen. Hij zei...Als je niet op de houten planken wilt slapen, dan heb je dit wel nodig. Hij maakte er geen lolletje van. Vervolgens zei hij.. ..Je zult ook een jekker en wat wollen sokken nodig hebben. Ik vertelde hem dat ik werkzaam zou zijn in de machine kamer. Hij antwoordde met een indringende stem....... Je hebt een jekker en warme sokken nodig. Nu geloof ik hem. Hij maakte mijn rekening op... 1 matras, 1 deken, 1 kussen, 1 jekker, 2 paar sokken, 200 Park Drive, en deelde vervolgens mee dat de betaling zou worden ingehouden van mijn loon aan het einde van de reis. Ik heb het nog steeds. Ik ging weer op weg naar het aanmonster kantoor, ging naar binnen en wist niet wat ik doen moest en ging maar zitten en stak een sigaret op. Na een poosje zei de man die mij had aangemonsterd... Het is tijd jongen, om naar je schip te gaan. Hij zag dat ik niet zeker was wat ik moest doen, en zei tegen mij... Die lui die daar buiten staan, zijn jouw scheeps makkers en zij zullen wel voor je zorgen. Hij bedoelde de groep die buiten stond en al goed aangeschoten waren en stonden te bekvechten. Ik ging naar buiten en zag dat zij daar nog steeds stonden en nog steeds stonden te bekvechten en nu goed dronken waren en noodzakelijker wijs brak er een gevecht uit en het bleek dat zij allemaal tegen elkaar vochten. Waren dat mijn scheeps makkers. Ik begon er nu al grote twijfels over te hebben,. Ik dacht.. Ik ga terug en vertel ze dat het een grote fout van mij was en dat ik echt dit niet wilde doen. Maar ik had al gemonsterd. Toen ik hierover nog na stond te denken arriveerde er een taxi en er stapte een man uit, die het aanmonster kantoor binnen ging. Na een minuut kwam hij naar buiten, Hij zei tegen mij... moet jij ook met de Josena mee ? Eh, ik denk het wel, ....ga dan in de taxi zitten en ik zal je een lift geven. Het was de hoofd machinist en zij moesten hem verteld hebben dat ik de nieuwe olieman was. De taxi bracht ons naar het Wyre dok. Er lagen twee schepen gemeerd naast de Josena en we moesten over de beide schepen klauteren, om bij de Josena aan boord te komen. Toen we eenmaal aan boord waren zei hij mij, dat de hut van de olielui aan bakboord op het achterschip was. Eh.... aan de linkerzijde aan de achterkant. Ik vond de hut en ging naar binnen. In de hut waren twee houten kooien, twee smalle kasten en een houten bank. Ik was mijn spullen aan het uitpakken, toen een man de hut binnen strompelde en stelde zich zelf voor als Manxie. Hij was afkomstig van het eiland Man. Hij had een geur van whisky, maar hij was vriendelijk genoeg. Hij was de andere olieman en hij vertelde mij dat hij al twee jaar op dit schip voer. Wat hem het recht gaf om de beneden kooi te gebruiken. En ik maakte mijn bedje op in de boven kooi. De hoofd machinist kwam de hut binnen en zij dat wij nodig waren om olie aan boord te nemen. Er stond een vracht auto op de kade met vaten olie. Zes vaten waren voor ons. Wij moesten ze sjouwen over de dekken van de twee andere schepen, daarna de trap af, de machinekamer in. Onder tussen kwamen er andere mannen aan boord en iedereen kreeg nu haast. Voor dat ik het wist waren we klaar voor vertrek. Ik ging terug naar mijn hut en vond Manxie vast in slaap in de onder kooi. Het was duidelijk dat ik de eerste wacht had. Ik dook de machine kamer in en ontmoette voor de eerste keer de 2e machinist. Hij rook ook al naar whisky. Was ik de enige die nuchter was ? En het was nog maar net middag.! De machine telegraaf rinkelde.... start de motor. Het enige wat ik kon doen was kijken, hoe hij de hoofd motor werd gestart. Weer het rinkelen van de telegraaf.. Langzaam vooruit en het schip kwam in beweging. Na een paar minuten zei hij tegen mij, .. ga naar boven en ga het schip uitzwaaien. Ik begreep hem niet, maar ging toch maar naar boven en zag iedereen aan bakboord staan. Wij voeren de rivier de Wyre af en passeerden het zee aanzicht van Fleetwood. Er was veel volk op de promenade, meest vrouwen en kinderen, zwaaiend en schreeuwend. Ik realiseerde mij dat het familieleden van de mannen waren, niet alleen van de Josena, maar ook van de andere schepen, die op dit tij waren vertrokken. Het ontroerde mij toch wel iets, maar ik zwaaide in ieder geval met iedereen mee. Er waren vijf schepen die met dit tij waren vertrokken en we voeren achter elkaar in optocht het kanaal af en passeerden de “Tijger staart “ zandbank en voeren vervolgens de Ierse zee in. De machine kamer wachten duurden 6 uur. Zes uur op en zes uur af. Ik had de 12 tot 6 wacht, Dat betekende. dat ik een hut voor mijzelf had, als ik van wacht af was en Manxie dan op wacht was. Ik had de eerste wacht, De 2e machinist liet mij alles van de machine kamer zien en vertelde mij wat ik op wacht moest doen en hij zei toen,,, Hou de boel in de gaten, ik moet plassen. Hij liet mij alleen achter in de machine kamer gedurende ongeveer een half uur. Als er wat fout was gegaan, had ik niet geweten wat ik had moeten doen. Toen de 2e machinist terug kwam, rook hij nog sterker naar de whisky. Het werd 6 uur en ik werd door Manxie afgelost. Ik waste en verkleedde mij. Ik voelde nu dat ik honger had. Ik ging naar de messroom om te kijken of daar iets te eten was. De tafel stond vol met eten, sandwiches, pasteitjes en cake's. Sommige van de matrozen waren aan het bacon bakken op de kombuis kachel. Ik dacht bij mijzelf dat een schip van deze grootte wel een kok aan boord zou hebben, maar het leek er op dat iedereen maar voor zich zelf moest zorgen. Ik hielp mijzelf aan een paar sandwiches. Het werd tijd dat ik eens rond ging kijken en ik ging het dek op. Het was donker, maar ik kon de verlichting zien van de kustlijn en de navigatie lichten van de andere schepen. Ik bleef nog enige tijd aan dek staan en ging toen naar de brug. Er waren twee mannen op de brug, de stuurman en de bootsman. Ik vroeg of ik binnen mocht komen. De stuurman vroeg... Je eerste reis. Het was eigenlijk geen vraag maar een mededeling.. Hij liet me de hele brug zien en verklaarde de navigatie middelen. De bootsman stond aan het roer.. Hij vroeg mij of ik het ook eens wilde proberen. En niet maar een klein beetje ! Hij verklaarde mij de werking van het kompas en de roer verklikker. De koers was Noord en ik moest proberen met het roer het schip op nul graden te houden. Hij zag mijn geworstel met het roer zo'n 15 minuten aan en zei toen..... Het lijkt er dat je weet, hoe je het moet doen, ik ga even weg om te roken. Ik keek om mij heen en ik was alleen op de brug. Ik had letterlijk het commando over het schip en het voelde goed aan. Na een paar minuten nam de bootsman het roer weer over en voor mij werd het tijd om eens te gaan slapen. Ik moest om middernacht weer op wacht. Ik lag in mijn kooi, maar ik sliep niet veel. De opwinding was te groot, mijn eerste dag op zee en ik was al verantwoordelijk geweest voor de machine kamer en had het schip al noordwaarts gestuurd. Geen slecht begin. Op de tweede dag kwam ik om 6 uur in de morgen van wacht af en ik rook de geur van gebakken bacon. Ik ging naar de messroom en iedereen zat daar aan het ontbijt. Ik ging naar het bedien luik en ik werd voorzien van een een uitgebreid ontbijt en werd bediend door de kok. Iedereen was blij dat hij er weer was en zij schreeuwden... Jij dronken rotzak,... Het werd tijd, dat we weer eens te voorschijn kwam. Dat was vanzelfsprekend. Hij was goed dronken aan boord gekomen en had twee dagen in zijn hut doorgebracht om bij te komen. Niemand zei er iets van, want iedereen ( behalve ik ) kende hem en hij was een goede kok. De belangrijkste man aan boord van een trawler is niet de schipper zoals u waarschijnlijk zult denken,..... het is de kok. Als eenmaal het vissen begint, zijn er weinig pleziertjes meer te beleven. Je kunt genieten van het rustig roken van een sigaret, als je er tijd voor kunt vinden, maar de maaltijden zijn de hoogtepunten van de dag. Na 18 uur aan dek of 12 uur in de machinekamer te hebben gewerkt, kijk je uit naar een goede maaltijd. Op een diepzee trawler zou je niet teleur gesteld worden. Het eten en de kok waren op de Josena uitstekend. De menu's waren wel altijd hetzelfde, maar de maaltijden waren overvloedig en altijd goed verzorgd. Wordt vervolgd Vreemdeling
<< Vorige Volgende >>
...home Geplaatst op 18-08-2014 en 1132 keer gelezen Like dit 854 Liked