Op de elfde, elf jaar worden.
Het was in het jaar 1948 en de oorlog was al drie jaar achter de rug. Na een moeilijke tijd te hebben doorstaan, kwam er nu welvaart in ons gezin.Vader, Klaas, Arie, Maart, Jan en Teun zaten op de haringvisserij. Kennelijk, omdat er vijf jaren niet of weinig was gevist, had de haringstand zich gunstig ontwikkeld. Er werd goed gevangen en er kwam weer geld in het laadje. Ja, wat wil je met zes kostwinners.
Niet dat mijn moeder hierdoor erg veranderde. Haar sobere levensstijl bleef. Zij zorgde er echter wel voor dat er iedere dag een verse warme maaltijd op tafel stond. Vlees was een luxe en alleen op zondag kregen wij een lekker stukje vlees. Vaak was het stoofvlees (draadjes vlees) met van die heerlijke bruine jus. Door de week was het vaak vis, een balletje gehakt of een paar dunne plakjes uitgebakken spek. We hadden het nog nooit zo goed gehad. Voordat het eten gereed was zaten wij al aan tafel en alles werd tot de laatste kruimel opgegeten.
Moeder keek dan met een tevreden blik naar de lege pannen op tafel en sprak dan de historische woorden "zo het heeft goed gesmaakt, want alles is schoon op". Als wij, op welke manier ook, te kennen gaven, dat we nog wel wat meer hadden gelust was haar vaste gezegde altijd: "Lekker is maar één vinger lang! "
Het was in dat jaar dat ik op elf september de leeftijd van 11 jaar zou bereiken. De nu bekende kreet, van wat wil je hebben voor je verjaardag, was bij ons nog niet uitgevonden. Dus dan gaf je maar zelf ruim van tevoren aan wat je graag wilde hebben.. Uiteraard stelde je je eisen niet te hoog want je wist dat het geld niet bij moeder op de rug groeide. Mijn vurige wens was het hebben van twee postduiven. Maar ja zo'n duif kostte al gauw f.1.50 of meer. Een berg geld dus en daarbij kwamen dan ook nog de kosten voor materiaal om het hokje te maken. Met een oude grote houten verhuiskist, een stukje gaas en wat krammetjes kon zo'n hokje wel in elkaar worden geflanst. Ik had het allemaal al uitgedacht. Echter mijn moeder zag er niet zoveel in en lanceerde weer één van haar beroemde uitdrukkingen. "Duiven, dat is geld in de lucht en stront in het hok!". Ik bleef echter doordrammen en als ik daarbij dan ook veelvuldig ging huilen, lukte het mij toch vaak mijn zin te krijgen. Moeder gunde mij uiteraard de duiven wel, maar zag toch op tegen de rommel. Met twaalf man in één huisje, is er weinig ruimte over voor hobby's. Ik heb in het totaal misschien wel elf keer moeten huilen om mijn zin te krijgen. Op mijn verjaardag kwam mijn moeder 's avonds aan mijn bed en zei toen tegen mij, nou als je het dan zo graag wilt koop dan morgen maar die twee duiven. Gelukkig en tevreden viel ik in slaap en droomde van mijn duiven.
Leen de Kraa.
...terug
...home
Geplaatst op 06-01-2004 en 1446 keer gelezen
Like dit 778 Liked